Ondernemingen die investeren in ‘steunzones’ met het oog op het creëren van nieuwe arbeidsplaatsen, krijgen onder bepaalde voorwaarden een tijdelijke en gedeeltelijke vrijstelling voor de doorstorting van bedrijfsvoorheffing. Die vrijstelling bedraagt 25% en geldt voor zowel KMO's als voor grote ondernemingen.

Steunzones verlengd met 18 maanden

De steunzones worden door de Minister van Financiën, op voorstel van de Gewesten, vastgesteld voor een periode van maximaal zes jaar. Dergelijke zones moeten ten minste één onderneming omvatten die getroffen werd door een grootschalig collectief ontslag. Tot op heden telt België zeven steunzones: Genk, Turnhout, Zaventem-Vilvoorde, Seraing, Sambreville, Charleroi en Frameries.

De coronapandemie zorgde echter ook in de steunzones voor een minder gunstig investeringsklimaat. Bedrijven konden dus niet ten volle profiteren van de steunmaatregel om groei en banen te creëren in de steunzones.

Om die reden heeft de minister van Financiën dan ook besloten de looptijd van alle steunzones met 18 maanden te verlengen. Als gevolg zullen de steunzones dus tot de volgende data blijven bestaan [1]:

  • Steunzone rond Genk: tot en met 31 oktober 2022
  • Steunzone rond Turnhout: tot en met 31 oktober 2022
  • Steunzone rond Zaventem-Vilvoorde: tot en met 31 mei 2025
  • Steunzone rond Arcelor Mittal (Seraing): tot en met 30 april 2025
  • Steunzone rond Saint-Gobain Sekurit (Sambreville): tot en met 30 april 2025
  • Steunzone rond Caterpillar (Charleroi): tot en met 30 april 2025
  • Steunzone rond Doosan (Frameries): tot en met 30 april 2025

Ontslag en tijdelijke werkloosheid als gevolg van de coronapandemie

De verschillende wetten die in het kader van de coronapandemie zijn genomen, hebben geen invloed op de gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing voor investeringen verricht in een inrichting gelegen in een steunzone. De wettelijke voorwaarden om aanspraak te maken op de steunmaatregel over steunzones blijven bijgevolg ongewijzigd van toepassing.

In dit verband heeft de minister van Financiën[2] onder meer bevestigd dat het voordeel van de steunmaatregel verloren gaat wanneer een arbeidsplaats niet gedurende de minimale periode van drie of vijf jaar behouden is gebleven, ongeacht of dit te wijten is aan de coronapandemie. De werkgever zal in dergelijk geval de niet-doorgestorte bedrijfsvoorheffing dus wel nog moeten storten.

Als de werkgever echter beroep doet op het stelsel van tijdelijke werkloosheid, blijft de arbeidsplaats zelf wel behouden, zodat nog steeds aan de wettelijke voorwaarde is voldaan. In het laatste geval blijft de steunmaatregel dus onverkort van toepassing.

Voor meer details over de maatregel van tijdelijke en gedeeltelijke vrijstelling van de doorstorting van bedrijfsvoorheffing, nodigen wij u uit de FAQ te raadplegen die de administratie in 2016 heeft gepubliceerd.

 

Auteurs: Lorenz Vercauteren, Jr. Associate

  1. Koninklijk besluit van 2 september 2021 tot eenmalige verlenging van de toepassingsperiode van de steunzones rondom Genk, Turnhout en Zaventem-Vilvoorde, BS 7 september 2021; Koninklijk besluit van 2 september 2021 tot eenmalige verlenging van de toepassingsperiode van de steunzones rondom de sites van Arcelor Mittal, Saint Gobain Sekurit, Caterpillar en Doosan, BS 7 september 2021.
  2. Samengevoegde parlementaire vragen 55014345C, 55014378C, 55014563C en 55014638C van 10 maart 2021 van de heer Vanbesien, mevrouw Verhaert, mevrouw Buyst en de heer Francken.