Ter ondersteuning van het Belgisch investeringsklimaat introduceerde de overheid al verschillende fiscale gunstmaatregelen. De investeringsaftrek is daarbij één van de smaakmakers, maar die maatregel kent verschillende vormen en tarieven die door de coronacrisis ook nog eens, deels en tijdelijk, werden gewijzigd. Op 31 maart 2021 publiceerde de fiscus de tarieven van de investeringsaftrek zoals van toepassing voor investeringen gedaan in het belastbaar tijdperk verbonden aan aanslagjaar 2022. Graag lichten wij enkele aandachtspunten toe die daarbij van pas kunnen komen.

In het kort

Vennootschappen die investeren in (im)materiële vast activa, die in nieuwe staat werd verkregen of tot stand werd gebracht, kunnen genieten van een investeringsaftrek. Dat betekent concreet dat, naast de normale afschrijving, ook genoten kan worden van een extracomptabele aftrek, als er aan bepaalde voorwaarden is voldaan. Het bedrag van die aftrek wordt bepaald als een percentage van de aanschaffings- of beleggingswaarde van de nieuw verkregen activa. Verder kan de investeringsaftrek worden opgesplitst in twee varianten; enerzijds de ‘gewone’ investeringsaftrek en anderzijds de ‘verhoogde’ investeringsaftrek. In zeer specifieke gevallen is ook een gespreide investeringsaftrek mogelijk.

De ‘gewone’ investeringsaftrek – tijdelijk nog interessanter!

De ‘gewone’ investeringsaftrek kan enkel worden aangewend door kleine vennootschappen - in de zin van art. 1:24, §§1-6 WVV - en bedraagt in principe 8% van de aanschaffings- of beleggingswaarde van nieuw verkregen (im)materiele vast activa. Aangedreven door de coronacrisis, werd dat percentage evenwel tijdelijk opgetrokken tot 25% voor investeringen verkregen of tot stand gebracht in de periode van 12 maart 2020 tot 31 december 2022.

Bij gebrek aan voldoende winst in een bepaald boekjaar, kan de niet aangewende investeringsaftrek in principe maar eenmaal overgedragen worden naar het volgend belastbaar tijdperk. Gelet op de negatieve impact van de coronacrisis op de bedrijfsresultaten van vele vennootschappen, heeft de wetgever ook hier ingegrepen. Dit door de mogelijke overdracht van niet aangewende investeringsaftrek te verlengen tot twee opeenvolgende belastbare tijdperken voor activa verkregen of tot stand gebracht in de periode van 1 januari 2019 tot 31 december 2021. 

De bijzondere ‘verhoogde’ investeringsaftrek

De bijzondere ‘verhoogde’ investeringsaftrek kan door zowel kleine als grote vennootschappen genoten worden, maar is enkel van toepassing op bepaalde specifieke investeringen. Het basistarief is jaarlijks afhankelijk van o.a. de indexatie van de consumptieprijzen, met als min. 3,5% en max. 10,5%.

Voor aanslagjaar 2022 is het basis percentage gelijk aan het minimum van 3,5%. Afhankelijk van het type van investering wordt dat basispercentage verder verhoogd met 10% of 17%. Voor bijvoorbeeld milieuvriendelijke investeringen in O&O bedraagt de aftrek bijgevolg 13,5% (10% + 3,5%).

In tegenstelling tot bij de ‘gewone’ investeringsaftrek, is het niet-benutte deel van de ‘verhoogde’ investeringsaftrek wel onbeperkt overdraagbaar in tijd. 

De bijzondere ‘verhoogde’ of toch de ‘gewone’ investeringsaftrek voor aanslagjaar 2022?

De (tijdelijke) verhoging van de ‘gewone’ investeringsaftrek naar 25% heeft ertoe geleid dat die gunstiger kan zijn dan de bijzondere ‘verhoogde’ investeringsaftrek. Om aan die scheeftrekking tegemoet te komen heeft de fiscus beslist dat kleine vennootschappen ervoor kunnen opteren om het tarief van 25% ook aan te wenden voor specifieke investeringen die normaliter vallen onder de bijzondere ‘verhoogde investeringsaftrek’. 

Concreet zal daardoor de tarievenlijst voor investeringen verbonden aan aanslagjaar 2022 (investeringen gedaan tot 31/12/2022) er als volgt uitzien:

 

Percentage aanslagjaar 2022

 (investeringen gedaan tussen 12/03/2020 en 31/12/2022)

 

Alle vennootschappen

Kleine ondernemingen (art. 1:24, §§1-6 WVV)

Energiebesparende investeringen (bv. zonnepanelen, isolatie…)

13,5%

25% (i.p.v. 13,5%)

Milieuvriendelijke investeringen in O&O

13,5%

25% (i.p.v. 13,5%)

Octrooien

13,5%

25% (i.p.v. 13,5%)

Rookafzuig- of verluchtingssystemen in horeca

13,5%

25% (i.p.v. 13,5%)

Investeringen in digitale activa

/

25% (i.p.v. 13,5%)

Investeringen in beveiliging beroepslokalen

/

25% (i.p.v. 20,5%)

Investeringen in beveiliging bedrijfsvoertuigen

/

25% (i.p.v. 20,5%)

Overige investeringen

/

25% (i.p.v. 8%)

 

Formaliteiten

Om van de ‘gewone’ investeringsaftrek te genieten, moet er bij de aangifte van de vennootschapsbelasting een ingevuld, gedateerd en ondertekend formulier 275U worden toegevoegd. Verder dient jaarlijks per categorie van vaste activa een opgave ter beschikking gehouden te worden voor de fiscus die de benaming, aanschaffingswaarde, datum van aanschaffing en normale gebruiksduur vermeldt.

Om van de bijzondere ‘verhoogde’ investeringsaftrek voor energiebesparende investeringen te kunnen genieten, dient men als bijkomende voorwaarde ook een attest voor te leggen dat wordt afgeleverd door de regionale overheid (Gewest) waar de investering gebeurt.  Dat attest moet op straffe van verval worden aangevraagd binnen de drie maanden na de laatste dag van het belastbaar tijdperk waarin de vaste activa zijn aangeschaft of tot stand gebracht. Voor vennootschappen die afsluiten per 31 december 2021, is de eerstvolgende deadline dus 31 maart 2022.

Conclusie

Uit voorgaande blijkt dat het de moeite loont om, als het plan bestaat om te investeren of er recent investeringen gebeurden, ook eens stil te staan bij de mogelijkheden die de investeringsaftrek uw vennootschap op fiscaal vlak kan bieden. Een goed begrip van de gestelde voorwaarden en de te vervullen formaliteiten is daarbij evenwel van cruciaal belang. Laat u dus steeds goed adviseren indien u ervan gebruik wenst te maken.

Uiteraard kan u ons steeds contacteren bij vragen en/of concrete plannen.

 

Auteur: Tom Ieven