De wet houdende fiscale, fraudebestrijdende, financiële alsook diverse bepalingen, die op 31 januari 2019 goedgekeurd werd in de Kamer, brengt enkele gevolgen met zich mee voor de kaaimantaks.

Pro memorie kaaimantaks

De kaaimantaks is een Belgische belasting die vermogens treft die zijn ondergebracht in laagbelaste vermogensstructuren, zoals trustachtige figuren alsook vennootschappen in belastingparadijzen. De kaaimantaks is verschuldigd over de inkomsten van dergelijke vermogensstructuren (zogenoemde ‘juridische constructies’) en wordt geheven in hoofde van de oprichter/Belgisch rijksinwoner van de juridische constructie alsof deze inkomsten rechtstreeks door hem worden ontvangen (‘doorkijkbelasting’). Een uitzondering geldt onder andere indien kan worden aangetoond dat de inkomsten worden uitgekeerd aan een derde-begunstigde/Belgisch rijksinwoner, die in dat geval op zijn beurt aan de kaaimantaks wordt onderworpen.

Na overlijden van de oprichter zijn de erfgenamen aan de kaaimantaks onderworpen, tenzij deze kunnen aantonen dat zij op geen enkel moment en op geen enkele manier enig voordeel van de juridische constructie zullen ontvangen.

Inbreuken op Wetboek Inkomstenbelastingen

Allereerst wordt er in de wet voorzien in een verlengde termijn voor belastingheffing wanneer er gebruik wordt gemaakt van juridische constructies om de herkomst of het bestaan van het vermogen te verhullen. In dit geval er nog gedurende tien jaar (aanvullende) belasting gevestigd worden vanaf het aanslagjaar waarin de belasting was verschuldigd. Net zoals bij de verlening van de aanslagtermijn tot zeven jaar zal de administratie de belastingplichtige hiervan voorafgaandelijk moeten inlichten.

Verruiming toepassingsgebied niet-EER-landen?

Daarnaast wijzigt de wet de manier waarop het toepassingsgebied van de kaaimantaks bepaald wordt. Voorheen werden de juridische constructies die onder het toepassingsgebied vallen gedetermineerd aan de hand van een lijst voor landen gelegen binnen de Europese Economische Ruimte (‘EER-landen’) en een lijst voor niet-EER-landen. Het KB van 21 november 2018 heeft reeds de limitatieve lijst voor EER-landen vervangen door een meer algemene definiëring van het toepassingsgebied. Hiermee zijn een aantal resterende ontsnappingsroutes afgesloten.

Door de nieuwe wet beschikt de Koning nu ook over de mogelijkheid om de lijst voor niet-EER-landen te vervangen door een meer algemene definiëring.

Bekrachtiging KB 21 november 2018

Zoals hierboven reeds werd vermeld, wijzigt het KB van 21 november 2018 het toepassingsgebied van de Kaaimantaks voor juridische constructies die in de EER gevestigd zijn. Dit KB moest binnen het jaar bij wet bekrachtigd worden, wat bij deze wet ook is gebeurd.
 

Sam Dejaegere – Bernhard Glorieux